82Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Automatische Help-tekst om aan te geven of de telefoon helpteksten weergeeft.
Starttoon om aan te geven of de telefoon een toon laat horen wanneer de
telefoon wordt ingeschakeld.
■ Connectiviteit
U kunt de telefoon op compatibele apparaten aansluiten via een
infraroodverbinding. U kunt bovendien de instellingen definiëren voor
inbelverbindingen voor packet-gegevens.
Infrarood
U kunt de telefoon instellen op het verzenden en ontvangen van gegevens via de
infraroodpoort. Voor gebruik van een infraroodverbinding moet het apparaat
waarmee u verbinding wilt maken, IrDA-compatibel zijn. Via de infraroodpoort
van de telefoon kunt u gegevens verzenden naar of ontvangen van een
compatibele telefoon of een compatibel gegevensapparaat (zoals een computer).
Richt de IR-straal (infrarood) niet op andermans ogen en vermijd dat deze stoort met andere
IR-apparaten. Infraroodapparaten zijn Klasse 1 laserproducten.
Wanneer u gegevens verzendt of ontvangt via infrarood, moet u ervoor zorgen dat
de infraroodpoorten van het verzendende en het ontvangende apparaat op elkaar
gericht zijn en dat er zich geen obstakels tussen deze apparaten bevinden.
Om de infraroodpoort van de telefoon in te stellen op het ontvangen van gegevens
via infrarood, selecteert u Menu > Instellingen > Connectiviteit > Infrarood.