10
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
10 Typ de huidige datum in de 24-uursnotatie uu:mm, bijvoorbeeld 17:25, en
druk op OK. U kunt de tijdnotatie later wijzigen in de System settings.
11 Typ uw gegevens in de gegevenskaart van de gebruiker en druk op OK. U
kunt deze gegevens later wijzigen in de toepassing User data
(Gebruikersgegevens) onder System.
De procedure voor de ingebruikname is nu voltooid.
Verwijder na de ingebruikname niet onmiddellijk de batterij. Deze laadt
namelijk de systeembatterij die de real-timeklok van de communicator van
stroom voorziet.
De inhoud van de SIM-kaart kopiëren naar het Contacts-bestand
Als de geïnstalleerde SIM-kaart namen of nummers bevat, wordt u na de
procedure voor ingebruikname gevraagd of u de inhoud van de SIM-kaart
naar het geheugen van de communicator wilt kopiëren. Als de
telefooninterface uit staat, wordt de vraag gesteld zodra u de
telefooninterface inschakelt en u de klep van de communicator opent.
Als u deze gegevens nu niet wilt kopiëren, drukt u op Cancel (Annuleren). U
kunt deze gegevens later in de toepassing Contacts kopiëren. Zie ”Contacts-
bestand” op pagina 43.
Alle telefoonnummers die vanuit de SIM-kaart naar het geheugen van de
communicator worden gekopieerd, worden in het veld Tel van de
relatiekaarten geplaatst. U moet dus alle telefoonnummers van de mobiele
telefoon handmatig naar het veld Tel(GSM) verplaatsen. Zie ”Relatiekaarten
maken” op pagina 45. Zo kunt u het snelste een telefoonnumer kopiëren:
selecteer het nummer met de toetsencombinatie Shift-Ctrl-linkerpijltoets,
knip het nummer met Ctrl-X en plak het naar de juiste plaats met Ctrl-V.
Het scherm van de communicator
De communicatorinterface wordt ingeschakeld door de klep te openen. Zie
figuur 5.
De toepassingen worden in het midden van het scherm uitgevoerd. De
indicatoren (figuur 8) geven informatie over toepassingen en het systeem. De
opdrachten komen altijd overeen met de vier opdrachttoetsen rechts op het
scherm. De functies van de toetsen Menu, Zoom en Backlight worden
uitgelegd in ”Communicatorfuncties” op pagina 21.
Als de schuifbalk wordt weergegeven, zijn er meer items dan op het scherm
kunnen worden weergegeven. U kunt met de pijltoetsen (omhoog/omlaag) de
overige items op het scherm weergeven.
Opmerking: volg bij
ingebruikname van de
telefooninterface de instructies
van de netwerkexploitant op.