Fax
76
1999 Nokia Mobile Phones. All Rights Reserved.
2 Selecteer een fax en druk op Open.
3 Druk op Forward (Doorsturen) om de fax-adreslijst te openen.
Een ontvanger selecteren
1 Selecteer een relatie in de fax-adreslijst en druk op Select (Selecteren). Zie
figuur 8. De namen van relaties die geen faxnummer hebben, worden grijs
weergegeven en kunnen niet worden geselecteerd.
2 Als een relatie meerdere faxnummers heeft, verschijnt er een venster. Kies
een nummer in de lijst en druk op Select.
Als er geen kaart voor de relatie in de adreslijst aanwezig is voor de ontvanger
naar wie u de fax wilt verzenden, drukt u op Enter number (Nummer
invoeren) om het faxnummer handmatig in te voeren of de gegevens op te
halen uit de lijst Recent numbers (Laatste faxnummers) door op Recent
numbers (Laatste nummers) te drukken. De lijst bevat de faxnummers die het
laatst zijn gebruikt. Kies een nummer en druk op Select.
Faxvoorblad en verzendopties
Het faxvoorblad bevat drie informatievelden. Zie figuur 9. U kunt de gegevens in
alle voorbladvelden bewerken. In het veld From (Van) wordt altijd automatisch
Figuur 1
Tip: met Forward options (Doorstuuropties) kunt
u precies die pagina’s selecteren die u wilt
verzenden: All (Alle), This page (Deze pagina) of
Pages (Pagina’s). Kies Pages (Pagina’s) om het
eerste en laatste paginanummer in te voeren van de
pagina’s die u wilt doorsturen (bijvoorbeeld 3-5).
Tip: als u op Clear both lists (Beide lijsten wissen)
drukt in het venster met laatste nummers, wordt
alle informatie uit de lijsten verwijderd. Als u een
van de lijsten opent en een relatie selecteert, kunt
u met Create card (Nieuwe kaart) een relatiekaart
voor de relatie aanmaken.